Master i Margarita - Joeri Kara

Nederlands > Adaptaties > Films > Speelfilms > Joeri Kara

In 1994 bewerkte regisseur Joeri Kara De meester en Margarita tot een film. Deze film was toen de duurste post-Sovjet productie. De hoge inflatie en de instabiliteit van de roebel deden voor productiemaatschappij TAMP de kosten oplopen tot 15 miljoen dollar. Toen de film klaar was besloten producers Arsen Adamjan, Irena Minejeva, Aleksander Misjin en Vladimir Skori om hem niet uit te brengen. Vladimir Skori vond de director's cut van Joeri Kara onaanvaardbaar. De soundtrack van Alfred Schnittke werd wel op CD uitgebracht in 2005.

De cast was indrukwekkend: ze bestond uit zeer bekende Russische acteurs als Anastasia Vertinskaja (Margarita), Valentin Gaft (Woland), Michail Oeljanov (Pontius Pilatus), Nikolai Burlyiajev (Jesjoea) en Leo Doerov (Levi Matteus). In 2005 kon een beperkt aantal Moskovieten deze film dan toch zien op een besloten vertoning ter gelegenheid van het Moscow International Film Festival (MIFF). Eén van de gelukkigen was journalist Valeri Kitsjin van de Rossiskaja Gazeta. Hij vond de film zo goed dat hij pogingen wou ondernemen om hem alsnog uitgebracht te krijgen, en nam contact op met de producenten van toen.

In november 2006 publiceerde Kitsjin een interview met alle betrokkenen. Conclusie: de producenten en Kara waren dichter bij elkaar gekomen, maar er was een nieuwe dwarsligger opgedoken en wel in de persoon van Sergej Sjilovski. Deze kleinzoon van Boelgakovs derde echtgenote Elena Sergejevna Sjilovskaja claimde, als zelfverklaard erfgenaam, de rechten op Boelgakovs literaire nalatenschap. Hij gaf TAMP nog tot medio 2007 om met véél geld over de brug te komen. Deden ze dat niet, dan zou hij de rechten verkopen aan een andere geïnteresseerde die hij naar eigen zeggen achter de hand hield.

Op 15 november 2010 kondigde distributeur Luxor aan dat hij de rechten op de film had gekocht. Hij zou voor het eerst op groot scherm vertoond worden op 3 maart 2011. In de zalen zou een twee uur durende versie van de film te zien zijn, terwijl de volledige versie van drie uur en twintig minuten beschikbaar zou zijn op een DVD, die ook door Luxor zou worden verspreid.

Op 17 januari 2011 kreeg de film eindelijk een persvisie in Sint-Petersburg. Op de première waren, naast regisseur Joeri Kara, ook de acteurs Igor Vernik (Jehoeda), Sergej Garmasj (Ivan Bezdomny), Aleksandr Filippenko (Korovjev) en Valentin Gaft (Woland) aanwezig. De pers was, om het zacht uit te drukken, niet echt enthousiast, ondanks de grote namen van de acteurs die de film bevolken.

Vanaf 7 april 2011 kon het grote publiek de film dan uiteindelijk zien in de Russische bioscopen.

Voordien circuleerden er onder de Moskouse Boelgakov die-hards illegale kopiën van de film op DVD, en ik mocht mijzelf ook tot de inner circle - en wellicht één van de weinige niet-Russen - rekenen die de film vroeger al gezien had.

En... is het een goede film? Wel, in 1994 zou ik misschien bevestigend hebben geantwoord op die vraag. Maar ondertussen kennen we natuurlijk de tiendelige TV-reeks van Vladimir Bortko uit 2005 die zo'n antwoord minder vanzelfsprekend maakt.

Bij momenten haalt Kara het niveau van Bortko, al kan hij uiteraard niet concurreren met de technische mogelijkheden waarover deze laatste elf jaar na hem kon beschikken.

Ik ga mij er niet aan wagen om de acteerprestaties te vergelijken. Wel kan ik zeggen dat Viktor Pavlov een vrij geloofwaardige kater Behemot neerzet, en daar alvast beter scoort dan Bortko met zijn technische snufjes, maar ook dat Anastasia Vertinskaja als Margarita een beetje onder de verwachtingen blijft - ze is niet echt slecht, maar Anna Kovaltsjoek uit de serie van Bortko zal wel mijn all time favourite Margarita blijven. En Aleksandr Filippenko, die in beide films meespeelt, is eerlijk gezegd beter als Azazello in de serie van Bortko, dan als Korovjev in de film van Joeri Kara.

Puristen van de roman zullen wellicht hun opmerkingen hebben over het feit dat Joeri Kara sommige passages uit het boek niet heeft weerhouden. Zo missen we bijvoorbeeld de zingende medewerkers van het filiaal van de Commissie van Toneel en Licht Amusement in de Vagankovstraat die in hun massahypnose een versie van Glorieuze zee, gewijde Bajkal ten beste geven. Maar Kara moest proberen om het verhaal te condenseren - de film duurt 204 minuten, wat behoorlijk lang is, maar dat is nog steeds minder dan de helft van de 500 minuten waarover Bortko kon beschikken. En al bij al geeft Kara een getrouwe weergave van het boek, met even veel respect - anders dan Aleksandar Petrovic in 1974 - voor de bijbelse passages als voor de scènes in Moskou.

Binnen de hem toebedeelde tijd had Kara toch wel iets evenwichtiger kunnen uitbalanceren. Sommige overgangen worden veel te snel gemaakt zodat de kijker zonder voorkennis bijvoorbeeld niet begrijpt waarom Ivan, na zijn duik in de Moskourivier, plots in ondergoed door de straten van Moskou paradeert. Andere scènes worden dan weer te lang uitgesponnen, zoals de dans op de tonen van Hallelujah in het Gribojedovhuis die zo uit een een Hollywood musical kan komen - wat ook geldt voor de dans van Margarita met de rusalki op de heksensabbat en voor de dans van de gasten op het Satansbal.

Op dat bal komen bij Joeri Kara overigens ook gasten die niet in het boek voorkomen. Zo zien we op een bepaald ogenblik, naast de reeds uit de roman bekende historische misdadigers, ook hoe Adolf Hitler en Jozef Stalin hun opwachting komen maken bij Margarita. Volgens Joeri Kara zou Boelgakov hen bedoeld hebben toen hij in hoofdstuk 23 schreef: «de laatste twee gasten bestegen de trap». Maar hij zou ze niet met name genoemd hebben omdat ze, toen de roman geschreven werd, nog in leven waren. Voer voor discussie, neem ik aan.

Een ander fragment dat niet in de roman voorkomt vinden we op het einde van de scène aan de Patriarchvijver, wanneer Woland Ivan Bezdomny uitdaagt om een beeltenis van Jezus in het zand te vernielen. Boelgakov had deze scène beschreven in De Hoef van de Ingenieur, de allereerste versie die hij van De meester en Margarita had gemaakt, maar hij had ze niet weerhouden voor de definitieve versie.

Klik hier om de scène uit De hoef van de ingenieur te bekijken

Minder geslaagd is dan weer de keuze van de muziek. Ondanks het feit dat de soundtrack was toevertrouwd aan de ondertussen overleden Alfred Schnittke, worden in de film ook bekende klassieke stukken gebruikt, maar niet steeds oordeelkundig en soms op het irritante af. Het hele bal van Woland, bijvoorbeeld, wordt begeleid door de Bolero van Maurice Ravel. Op zich een niet onaardig en best opwindend stuk muziek, maar als het te lang wordt uitgesponnen en dan ook nog slecht wordt uitgevoerd, dan kan het behoorlijk irriteren.

Over het algemeen wordt er echter wel goed, zij het soms een beetje te theatraal, geacteerd is deze film, en ik heb me toch echt wel geamuseerd. Maar dat ligt ongetwijfeld ook ten dele aan het feit dat ik wellicht één van de weinige «vreemdelingen» was die hem al heb mogen zien toen hij nog illegaal was. Mooie herinneringen overigens: een zomeravond in Leuven, een besloten voorstelling voor een beperkt publiek van Russische vrienden, met sjasjlik op de barbecue en Abrau-Durso in de koelkast. Wat vliegt de tijd toch snel.

Technische fiche

Media
DVD

Regisseur
Joeri Kara

Acteurs
Michail Oeljanov, Anastasia Vertinskaja, Valentin Gaft

Release datum
1994 - 2011

Duur
200 minuten (1994), 118 minuten (2011)

Talen
Russisch

Ondertitels
Nederlands, Engels, Frans, Italiaans, Duits



Deze pagina delen |